‘Wat doe ik hier?’ was dikwijls een vraag die door mijn hoofd fladderde wanneer ik weer de hele dag achter mijn scherm op kantoor zat. Vanaf mijn werkplek keek ik eerst over groene weilanden uit. Een mooie plek om te werken, het uitzicht deed mij goed. Tegelijkertijd kriebelde het ook uit: ‘ik wil naar buiten!’. Naar verloop van tijd werd ik door mijn werkgever van destijds gevraagd of ik wilde verhuizen naar de andere kant van het kantoor. Het uitzicht aldaar was over een parkeerterrein. Geen groene weilanden meer, maar beton en blik. Heel eerlijk: ik werd er behoorlijk treurig van.
Ik werd mij er steeds bewuster van wat voor effect de werkomgeving op mij had. Tegelijkertijd was het ook een uitdaging daar een draai aan te geven. Ik werd namelijk verwacht om binnen op kantoor te zijn. Uiteindelijk ben ik bij mijzelf ten rade gegaan: waar word ik echt gelukkig van? Hoe ziet mijn ideale (werk)dag eruit? Ik zie mijzelf nog zitten op mijn balkon en de steekwoorden opschrijven: buiten zijn, wandelen, frisse lucht, individuen en organisaties op weg helpen, positieve impact creëren, mijn werkdag zelf inrichten, etc.